2018: Leeuwarden Culturele Hoofdstad van Europa
3 juni: Famillement & Medienedag van de Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie.
Programma:
10u, hele dag: Stand van de NKvJG op de Famillement-informatiemarkt in De Harmonie. De heer Halbe Hageman is 11-13u en 15-17u op onze stand om u te helpen bij het vinden van uw Fries-Joodse voorouders
11:30 – 12:45 Wandeling door Joods Leeuwarden onder leiding van Benno Troostwijk, voorzitter van de Joodse Gemeente. Aanvang 11:30u, duur een uur. Maximum aantal deelnemers: 20. Tijdens de wandeling zal ook de Fototentoonstelling over Joodse beroepen in de Leeuwarder synagoge worden bezocht. Registratie is noodzakelijk, per email uiterlijk 31 mei aan secretary@nljewgen.org. Kosten: gratis voor leden van de Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie; niet-leden betalen €5, contant te voldoen bij aanvang.
13:15 – 13:45: Lezing Winnie van Hasselt: What is in a name? Joodse familienamen in Gorredijk | Van der Eemszaal I, De Harmonie (samenvatting hieronder)
14:00 – 14:30 Lezing Chaim Caran: Leeuwarden, een Joods-Culturele Hoofdstad? | Accentzaal, De Harmonie (samenvatting hieronder)
15:00 a 16:45 ‘GenTalk’ over Levende Beelden door John Löwenhardt | Van der Eemszaal 3, De Harmonie
17-18u.: Tentoonstelling Hoogtepunten uit de Fuks-collectie (zie hieronder) | Obe Postmazaal, Tresoar. Collectiebeheerder Uzi Hagaï is aanwezig om vragen over de collectie te beantwoorden.
De toegang tot het tweejaarlijkse landelijke FAMILLEMENT-evenement is gratis. Klik voor het volledige programma op het schema. Voor de wandeling dient u zich op te geven, zie hierboven.
Winnie van Hasselt: What’s in a name? Joodse familienamen in Gorrdeijk
Als je geen achternaam hebt, omdat het niet de gewoonte is en het niet tot je cultuur behoort en je niet altijd in een omarmende omgeving woont en je toch van de overheid een achternaam moet aannemen, waar kies je dan voor? Kies je een naam, die moeiteloos past in de omgeving? Kies je juist een naam, die je identiteit, je afkomst benadrukt? Of kies je een naam, die aangeeft, dat je het allemaal niet al te serieus neemt? Winnie van Hasselt spreekt over de aanname van Joodse familienamen in Gorredijk en omgeving.
Winnie van Hasselt woont nabij het drielandenpunt Groningen-Friesland-Drenthe en heeft zich toegelegd op de Joodse genealogie van de drie noordelijke provincies. Zij is geboren in donkere tijden in het vrije Engeland, waarheen haar ouders de Nazi’s ontvluchtten.
Chaim Caran: Leeuwarden: een Joods-Culturele Hoofdstad?
In zijn boek De Joden van Leeuwarden (1974) heeft Hartog Beem deze vraag eigenlijk al beantwoord. Caran zal in zijn lezing nader op het werk van Beem ingaan en vertellen wat er sinds 1974 aan nieuwe feiten is gevonden. De stichter van de eerste Joodse begraafplaats in Leeuwarden (1670), bij Beem bekend als Jacob de Joode, blijkt een zoon te zijn geweest van de beroemde Ury HaLevy, de Emdense rabbijn die in Amsterdam de Spaanse en Portugese Maranen terugbracht tot de Joodse gebruiken nadat zij generaties lang onder dreiging van de Inquisitie als schijnchristenen hadden moeten leven. De familie van deze Jacob de Joode had grote invloed op de eerste generaties van Joden in Leeuwarden.
Oeroude besnijdenisregisters uit de familie van Jacob de Joode kwamen in het onderzoek boven water, ouder dan enig Amsterdams besnijdenisregister. Ook werden prachtige handgeschreven besnijdenisregisters uit de 19e eeuw ontdekt, die via London in Jeruzalem en Amsterdam terecht kwamen. Zij getuigen van het hoge niveau van Hebreeuwse en Joodse kennis in Leeuwarden.
De relaties van de Leeuwarder rabbijnenfamilies als Löwenstamm, Dusnus en Dasberg, nationaal en internationaal, maken duidelijk dat Leeuwarden als Joods cultureel centrum een goede naam had. Het rijke interieur van de Leeuwarder synagoge (overgebracht naar Kfar Batya in Israel) getuigt ervan dat hier ooit een bloeiend Joods leven bestond. De artikelenserie die Fenno Schoustra tussen mei 1987 en augustus 1989 schreef in ‘T Kleine Krantsje geeft de sfeer van de vooroorlogse Joodse gemeenschap voortreffelijk weer en maakt duidelijk hoe die gemeenschap geïntegreerd was met de andere inwoners van Leeuwarden. Tenslotte zal spreker kort stilstaan bij afstammelingen van Joodse Leeuwarders die hun culturele sporen nalieten, zoals de cabaretier Wim Kan, de schrijver Alexander Cohen, de Amsterdamse standwerker Meijer Linnewiel en de Israelische zanger David Broza.
Chaim Caran (Haarlemmermeer, 1949) is civiel ingenieur en woont sinds 1980 in Eilat, Israel. Hij heeft zich toegelegd op de geschiedenis van de Joden in Friesland. Caran onderzocht de stambomen van een groot aantal Fries-Joodse families; besnijdenisregisters en de grafstenen op de Joodse begraafplaatsen in de provincie. Hij is lid van Amuta (Stichting) Leeuwarden die in 2005 de herdenking van het 200 jarig bestaan van de Leeuwarder synagoge initieerde en hij nam in 2014 het initiatief tot herdenking van de stichting van de oudste Joodse begraafplaats in Friesland (Workum 1664). Caran was in 2016 betrokken bij de plaatsing van de gedenkplaat in Hindeloopen op de plek van de voormalige synagoge. Hij draagt bij aan de Israëlische genealogische website over het Nederlandse Jodendom, Akevoth.
De Fuks-collectie Dr Leo Fuks liet zijn boeken na aan de provincie als dank voor de Friese hulp aan joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. De Fuks-collectie in Tresoar bestaat uit de volgende onderdelen: Oude Hebreeuwse drukken van voor 1800, gedrukt buiten Nederland; Nederlandse Hebreeuwse drukken tot 1800, waaronder een collectie werken van Menasseh Ben Israel; een unieke collectie oude Jiddische drukken; een collectie ‘Emancipatie der Joden in Nederland’ uit 1796, gedrukt en in handschrift; een wetenschappelijke handbibliotheek Hebreeuwse taal- en letterkunde; en een aantal complete tijdschriften, waarvan verschillende voor de Tweede Wereldoorlog in Oost-Europa zijn verschenen. De Fuks-collectie telt ruim vijfduizend werken en wordt beheerd door de heer Uzi Hagaï.
Hagaï in een interview: “Toen doctor Fuks met pensioen ging had hij een grote collectie opgebouwd. Het had voor de hand gelegen dat hij die aan de Bibliotheca Rosenthaliana, een van de Bijzondere Collecties van de UvA, had geschonken. Maar dat heeft hij dus niet gedaan. Daarvoor zijn drie redenen. In de eerste plaats was er de belangrijke collectie van de universiteit van Franeker. In de tweede plaats wilde hij de Friese bevolking bedanken voor de hulp die ze tijdens de oorlog aan Joodse onderduikers heeft verleend. En in de derde plaats was de Bibliotheca Rosenthaliana al goed voorzien. Veel werken in zijn eigen collectie zou de Rosenthaliana dubbel hebben. En wat doet een bibliotheek met duplicaten? Ze verkoopt of ruilt ze. Dat wilde doctor Fuks niet.”