door Chaim Caran, Eilat
Op 4 april 2020 overleed in Apeldoorn Salomon van Son, een der initiatiefnemers en oprichters van de Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie. In de jaren 1987-1990 was hij onze eerste voorzitter. Zijn aimabele persoonlijkheid zal zonder twijfel bij velen onder ons goede herinneringen oproepen en worden gemist.
Sal werd geboren in 1921 in Apeldoorn, waar zijn ouders Henri van Son en Henriette Kan een slagerij hadden. Hij was de jongste van vier kinderen. De oorlog maakte hem huisknecht in de inrichting Het Apeldoornsche Bosch. Op aandrang van zijn vader ontvluchtte hij het gesticht de dag voor de ontruiming op 21 januari 1943.
Sal vond een onderduikplaats in Hollandscheveld in het gezin van Hendrikus Vlietstra en Willempje Kwant in een afgelegen boerderij. Op 22 november 1944 was daar een Duitse inval, maar de onderduikers werden niet ontdekt. Op zijn oudere broer Freddy na overleefde het gezin de oorlog.
Na de oorlog werd het Sal duidelijk dat hij niet een derde generatie vleeshouwer van Son ambieerde te worden en in begin 1946 vertrok hij naar Amsterdam. Daar haalde hij een acte handenarbeid en leerbewerking. In de hoofdstad gaf hij enige tijd les in handenarbeid en repareerde lederen damestassen. Relaties adviseerden hem bij de Bijenkorf te solliciteren. Daar werkte hij 36 jaar lang, begonnen als verkoper en eindigend als divisie leider woninginrichting, hardware en software en voor de huishoudafdelingen. Hij leerde in 1954 zijn levenspartner Cor Gootjes kennen waarmee hij een levenslange gelukkige relatie had. Een tweede huis in Hoog Soeren bracht hen terug naar de regio Apeldoorn, eerst in de weekenden en rond zijn negentigste jaar definitief.
Genealogie was zijn hobby, en hij deed dit met prachtige resultaten. Zijn in linnen gebonden boek met goud opdruk “Ik zeg Nu, Nu” (1992) bevat het meeste van zijn onderzoekingen naar zijn voorouders en het leven van hun tijd met vele illustraties, teruggaand tot in de zeventiende eeuw. Familienamen als Kan, Van der Hoek, Rooselaar, Fortuin, Van Essen, Van Weezel treffen we aan in zijn kwartierstaat, en plaatsen als Leeuwarden, Amsterdam, Kampen, Nijmegen, Bronkhorst, Kleef, Metz, Speier en Wildau (=Wilna).
Sal en ik hadden gemeenschappelijke voorouders: de familie Levy (later Kan) uit Leeuwarden. Dit leidde tot contact. Zo woonden we beiden met ook Cor in 2005 het 200 jarig bestaan van de Leeuwarder synagoge bij (foto hieronder). Ik vond nog een voorouder voor hem, Alida Abraham Fles, dochter van Abraham Elkan Fles en Sara Lazarus Oppenheimer, die voor 1745 trouwde met Izak Hessel Levy in Leeuwarden en na zijn overlijden in 1781 in Den Haag met Josua Levie Mossel. Ze overleed in Amsterdam in 1782. Waarschijnlijk had zij Frankfurter voorouders; het was mijn intentie daar nog eens wat onderzoek voor hem over te doen. Het is er niet van gekomen. Het contact bleef. Trouw belde of schreef hij bij verjaardagen.
Een aimabel Mensch. Moge herinneringen aan hem blijven inspireren.